Mijn Dagboek 128

Dit is Dagboek 128. Het loopt van 1 tot 31 Januari 2011, begint met Nieuwjaarswensen, en met de ervaring dat ik het jaar bijna pijnloos binnenstap. Vooralsnog met een kunstgreep, maar later in de maand blijkt de extreme pijn te wijken. De maand eindigt met een herdenking van de María Elena Walsh, de Argentijnse Annie M. G. Schmidt. Zij overleed 10 januari. Ik luister nog steeds en vaak naar de prachtige kinderliedjes waarvan ik een collectie flinke had meegenomen [31]. Ik maak zeven maal melding van de toestand en de verbetering [1 5 7 13 16 18 21]. Vijf keer sla ik over, en vijf keer doe ik het in 100 woorden. Mijn boek over Zuid Afrika, wat maar ligt te wachten op betere tijden, komt een keer aan de orde [2]. Het oude thema van populisme krijg nog een keer een beurt [8], maar het God is Dood-thema komt nog drie keer aan de beurt [6 12 28]. Cultuur komt vijf keer aan de beurt met een gedicht, met muziek en met stierengevechten [9 19 24 25 27]. Van de interessante leerervaringen van een bekende Spaanse schrijver gedurende de laatste twintig jaar geniet ik twee keer [28 29]. Wat resteert zou je 'snoepgoed' kunnen noemen want ik schreef over Turón [17], maar ook over 'necrofiele business' [24], en dat ik een ADSL-aansluiting heb geïnstalleerd.
Index Januari 2011
1,   2,   3,   4,   5,   6,   7,   8,   9,   10,   11,   12,   13,   14,   15,   16,
17,   18,   19,   20,   21,   22,   23,   24,   25,   26,   27,   28,   29,   30,   31.

San Sebastián de La Gomera, Zaterdag, 1 Januari 2011
Ziezo, het nieuwe jaar is nu ècht begonnen. Mijn beste wensen voor al mijn lezers!!
Ik ben het jaar niet alleen gezellig, met Margarita, haar man David en haar andere wandelvriend, Xavier, maar ook [redelijk] pijnloos binnengestapt. Ik had gisterochtend weer uren gewacht om de afspraak met de traumatoloog te realiseren. Ik stapte vóór half tien binnen, en was aan de beurt om half een. Zo gaat dat hier.
Het lukte overigens niet om de 'urgente' afspraak voor de kritische magnetische resonantie te raeliseren. Ze zitten in Tenerife sowieso vol tot medio Maart, maar zelfs voor een spoedgeval kwam er maar geen afspraak los. Die hevige pijnen zijn waarschijnlijk veroorzaakt door een half-afgebroken stukje bot in de buurt van de aanhechting van de bilspieren. Dat kan 'wapperen'. Dat wees hij aan op de röntgenfoto's, en legde hij mij uit. De 'normale' behandeling voor een botbreuk of -scheur is dan ook 'fixeren'. Maar dat kan op die plek niet zomaar. Pas als er gedetailleerd inzicht is, kan een plan voor fixatie worden gemaakt. Daarvoor is dan waarschijnlijk een operatie nodig. Zo ligt het medisch gezien.
Mijn suggestie om naar een privé-kliniek uit te wijken had zijn steun, maar die zijn 'sowieso' allemaal gesloten tot 10 januari. Dinsdag heb ik weer een gesprek.
En tenslotte kreeg ik een paar flinke pijnstillende injecties die wel tot Dinsdag effect zullen hebben. Dat is de wèrkelijke reden voor mijn pijnloze binnenstappen in 2011. Dat 'geluk' had ik ook toen ik 24 december bij de 'Urgencia' binnenstapte met een onbegrijpelijke pijn. Ik kon [haast] niet meer ademhalen. Het neveneffect van alle ingespoten pijnstillers ten behoeve van het onderzoek maakte dat ik vrij pijnloos de Kerstdagen kon doorbrengen. Maar Maandag begon de heisa weer. Maar toen wist ik wat het was. Een verrekte spier, en wellicht óók een botscheurtje, die veroorzaakt kunnen zijn door mijn pogingen om met twee krukken lopen. Door gebrek aan spieroefening --nu al drie maanden!-- heb ik kennelijk mijn kracht overschat. Gelukkig trof ik Woensdag een zeer deskundige fysiotherapeut die ook osteopatie in zijn vaandel voert. Met detaildiagnose en massage leerde hij mij vrij ademhalen.
Tot zover 'de toestand'.
Jullie zien dat ik wat meer over mijn persoonlijke ervaringen schrijf. Dat heb ik de laatste tijd ook al gedaan. Dat is deels versneld door de gebeurtenissen van de laatste maanden. Het was gewoon 'te gek' om die helemaal buiten het vizier van Mijn Dagboek te houden. Mijn ideaalbeeld --en dat blijft het nóg grotendeels-- is om een 'essay' de schrijven over wat ik om mij heen zie gebeuren. Street observer noem ik het altijd, maar in het nawoord van mijn boek Het Kado, dat ik bij gelegenheid van mijn tachtigste verjaardag uitgaf, constateerde ik al dat ik mij ook soul observer moest noemen, of book observer. Dat is precies zoals de uitvinder van het essay, Michel Eyquem Montaigne het noemde: Niet het hooggeleerde analyseren van [oude] teksten, maar schrijven over wat het hem deed. Een 'poging' om dat te beschrijven. In die categorie valt --als ik mij beperk tot het noodzakelijke-- ook het eerste deel van dit Nieuwjaarsstukje.
Als de pijn mij niet wéér schrijf-creatiteit en 'gevoelig waarnemen van het buitengebeuren' ontneemt, komt dat stukje waar ik eerder in de week op vastliep ook wel voorelkaar. Net als de andere 'interessante observaties'. Net als de --vertraagde-- Nieuwjaarbrief 2011.
Nogmaals mijn beste wensen voor iedereen dit leest.
terug eerste dagboekregel

San Sebastián de La Gomera, Zondag, 2 Januari 2011
Een van de voornemens voor het afgelopen jaar was het schrijven van een boek over Zuid-Afrika. Ik ben er niet veel mee opgeschoten door allerlei tegenslagen, maar het blijft op mijn verlanglijstje. Misschien de komende maanden omdat ik niet naar het Zuidelijk Halfrond ga. Gedurende de World Cup deze zomer verschenen er in de wereldpers nogal wat algemene beschouwingen over ZA. Dat sloot mooi aan bij mijn lopende bezigheid van het ordenen van het grondmateriaal.
En nu tref ik in El País een artikel van Ariel Dorfman. Hij is Chileen, maar verder heel 'internationaal'. Ik volg zijn politiek-culturele artikelen met genoegen. Hij was eerder in Zuid-Afrika, en schreef in 1990 over de transformatie van ZA naar democratie. Deze zomer was hij er weer om de 8th Nelson Mandela Annual Lecture te geven. Hij heeft toen ook een persoonlijk onderhoud met Nelson Mandela gehad. Mandela is 92, en zo vitaal als je van een 92-jarige maar kunt verwachten.
Bij zijn bezoek een paar jaar geleden had Dorfman een 'cultus' rondom Mandela bespeurd. Dat vond hij gevaarlijk. Mandela wordt als een heilige gezien en staat zodoende buiten de realiteit, maar het heeft wèl tot gevolg dat een 'gewone' discussie over hoe het met ZA verder moet, wordt belemmerd. In het gesprek deze zomer had Dorfman de gelegenheid dat vermoeden bevestigd te zien. In het naschrift van Mandela's pas verschenen boek, Conversations with Myself, schrijft hij dat het hem al in de gevangenis zorgen baarde dat hij ongewild een vals beeld uitstraalde: 'Ze gingen mij zien als een heilige. En dat ben ik niet'.
Hij heeft toentertijd, in 1994, zijn herinneringen aan 'the struggle' tegen de Apartheid beschreven in 'Long Walk to Freedom'. Dat was een autobiografie, maar de fragiele en 'niet-heilige' kanten van zijn persoon kwamen daarin weinig naar voren. Het ging vooral om de geschiedenis van 'the struggle' en zijn rol daar in. In Conversations with Myself gaat het juist over die andere kanten, over de 'gewone' Nelson Mandela. Zijn twijfels. Hoe hij vaak een gemaakte fout goed kan toegeven, maar ook hoe hij soms zijn poot onredelijk stijf heeft gehouden. Hoe hij goedlachs is, maar ook hoe hij klaagt dat hij een oude vriend heeft vergeten.
In 2004 heeft hij daarom de opdracht gegeven alle basismateriaal te verzamelen. Dat ligt nu opgeslagen in het archief van de Nelson Mandela Foundation. Dorfman heeft daar mogen rondneuzen. Daar zijn de oudste jeugfoto's, en zijn kinderliedjes. Identiteitsbewijzen en pasjes, echte en valse. Kladjes met aantekeningen van zijn gedachten en gespreksflarden. Brieven die uit de gevangenis zijn gesmokkeld, en brieven die 'officiëel' via de strenge censuur naar buiten gingen. Daarin spreekt hij tussen de regels zijn bewakers en censors aan, en vertrouwt dat het integere mensen zijn, ondanks hun absurde wreedheid.
Dat woord 'integriteit' is voor hemzelf ook het woord waarmee hij die jaren heeft overleefd. Hij gelooft dat die in diepste wezen in ieder mens zit, en dus ook in hemzelf. In die donkere tijden, als hij niet weet of hij ooit zal vrijkomen, lost hij daarmee zijn eigen inwendige twijfels op. Dat zijn de Conversations with Myself. Dorfman vindt dat de lezers van het boek het zullen ervaren als een intieme excursie door dat archief. Hoe ze ontdekken dat Mandela een 'gewoon' mens is die zijn eigen weg door Het Leven probeerde te vinden. Vertrouwend op zijn diepste integriteit.
_________________________________
Dorfman, El País 27/12/ 2010,
http://www.elpais.com/articulo/opinion/Despidiendo/Mandela/elpepiopi/20101227elpepiopi_10/Tes

terug eerste dagboekregel

San Sebastián de La Gomera, Maandag, 3 Januari 2011
Naar aanleiding van de pasverschenen biografie van Montaigne van Sara Backwell, gaat Antonio Muñoz Molina in Babelia van dit weekend in op de omstandigheden en de tijd waarin Montaigne het essay 'uitvond'. Hij wijst er op dat Bacon, die eveneens als 'uitvinder' van het essay wordt gezien, in 1597 publiceerde. Montaigne publiceerde zijn een-en-twintig essays over 'hoe te leven en te sterven' in 1580. Bovendien haalt Molina er nog Don Quijote van Cervantes bij dat in 1605 wordt gepubliceerd. Maar dat zijn helemaal geen 'essays'! Wat is het verband?
In de voorafgaande eeuw was de boekdrukkunst uitgevonden. Daarmee was de beschikbare literatuur [leesvoer!] met een "quantumsprong" toegenomen. Boeken lagen nu niet meer een ver-weg-bibliotheken en kloosters, maar stonden in boekenkasten binnen handbereik van de toenmalige elite. [Volgens mij zijn de boekenkasten toen ook 'uitgevonden'.]
Toen Montaigne zich in 1571 op 38-jarige leeftijd terugtrok uit het openbare leven --hij was o.a. burgemeester van Bordeaux-- beleefde Frankrijk de hoogtepunten van de godsdienstoorlogen waarin protestanten en katholieken religieuze genoegens beleefden aan wederzijdse genocide, en daarmee de 'eeuwige zaligheid' verdienden.
Hij ging wonen op het platteland in een toren vol boeken. Meer dan duizend op dat moment. Als kind had hij Latijn leren lezen en schrijven voor hij Frans sprak. Als een echte boekenwurm zette hij zich aan het lezen.
Erg rustig was het overigens niet op het platteland. Rondtrekkende groepjes van onbetaalde huursoldaten plunderden dat het een lieve lust was, en langs de kant van de weg lagen stervende patienten die voor de pest waren gevlucht. Maar Montaigne had kennelijk voldoende geld om zich daartegen te laten verdedigen.
Hij maakt aantekeningen van wat hij leest, maar wordt geplaagd door de fantasieën en droombeelden die door zijn eenzaamheid werden opgewekt. In plaats van erudiete analyses van wat hij leest --'het stapelen van dode woorden op dode woorden', noemt Molina het-- schrijft hij op wat het hem doet. Zo geeft hij betekenis aan zijn eenzaamheid. Zo ontstaan die twintig essays over 'hoe te leven en te sterven'.
Een paar jaar later bevindt Cervantes zich een vergelijkbare situatie. Hij wordt óók overstelpt door dezelfde "quantumsprong". Maar, anders dan Montaigne, verliest hij het zicht op de grenzen tussen tastbare realiteit en fantasie. Dat was precies waar Montaigne bang voor was. Hij verzette zich door zijn eigen denkkracht daartegenover te stellen. 'Ik leef in gesprek met de overledenen', haalt Molina daartoe aan. Het wordt een erudiete dialoog over je eigen beleving. Althans een 'poging' daartoe. En daarmee was het 'essay' uitgevonden.
Cervantes beteugelde zijn fantasieën door een 'grappig ridderverhaal' te schrijven, maar dat liep uit de hand. Zo ontstond 'Don Quijote'. De roman aldus werd uitgevonden. Dat was de andere innoverende verandering van de wereldliteratuur.
Molina gebruikt noch het woord noch het beeld, maar ik moest voortdurend denken aan de jongste "quantumsprong" in de literatuur [leesvoer!], het Internet. Welke nieuwe vormen van 'literatuur' zullen nu ontstaan?
_________________________
ANTONIO MUÑOZ MOLINA, En el espejo de Montaigne, El País/Babelia, 01/01/2011
http://www.elpais.com/articulo/portada/espejo/Montaigne/elpepuculbab/20110101elpbabpor_10/Tes
Sarah Bakewell, How To Live: A Life of Montaigne in one question and twenty attempts at an answer,
zie http://www.sarahbakewell.com/Montaigne.html

terug eerste dagboekregel

San Sebastián de La Gomera, Dinsdag, 4 Januari 2011
Vandaag geen stukje.
terug eerste dagboekregel

San Sebastián de La Gomera, Woensdag, 5 Januari 2011, Mijn zus Ria jarig!
Vandaag geen stukje. Ik ben naar Tenerife voor de langverwachte Magnetische Resonantie :-)Eindelijk!!
Enkele uren later . . . .
Ik ben intussen in Los Cristianos. Het is 11:45. Ik wacht op de boot van 14:00 om naar La Gomera terug te gaan. How come?
Toen ik gisteren bij de traumatoloog opeens de kans kreeg om vandaag de Magnetische Resonantie [MR] te maken, heb ik niet 'nee' gezegd. Ik had daar wekenlang op gewacht, en ook gisteren zag het er niet meteen vrolijk uit. Maar een privé-kliniek nabij Los Cristianos had een plekje vrij. Vanmorgen nam ik metéén de eerste boot.
Het ziekenhuis [Seguridad Social] heeft namelijk zelf geen machines daarvoor. Zij besteden dat uit. Maar daardoor zijn de lange wachtttijden waarmee ik werd geconfronteerd niet alleen 'technisch'; ook 'budgetair'. Ze hangen ook samen met het budget dat de Staat ter beschikking stelt, en --"gruw-gruw"-- ze hadden de MR-uitgaven helemaal gestopt tot 10 januari. Vandaar die extra lange wachttijden en het [valse] bericht dat de privé klinieken tot 10 januari 'met vakantie' waren.
Dit pikante detail van het cultureel-politiek-medisch-complex wilde ik jullie niet onthouden. Die privé-klinieken zitten van zichzelf ook al 'vrij vol', vertelde de receptiedame mij vanmorgen. Deze manier van werken is opeens 'nogal in de mode'. Voor niet-urgente tests via de Seguridad Social, zo vertelde een vriendin van Margarita mij, moet je soms vier maanden wachten. Op die manier kwam ik dus in aanraking met de 'folklore' van de Spaanse Seguridad Social.
Wegens de verandering in de wet in NL in 2006 --iedereen verplicht in het Ziekenfonds-- zit ik daar nu ook aan vast. Het kostte mij aanvankelijk mijn particuliere verzekering die zonder blikken of blozen werd opgezegd. Luid protest --en processen tegen de staat, waarvan er nog lopende zijn-- van de NL-ers in Spanje en andere Europese landen, gaven mij mijn verzekering terug. Maar de grenslijn tussen beide is weinig transparant. Met die 'praktijk' ga ik nu kennismaken. Mijn keuze van gisteren heb ik niet eerst zorgvuldig overlegd met de particuliere verzekering. Dat had wéér vertraging gegeven. Het gaat om 370 euro. Ik zie wel. Ik heb geen zin meer in verdere capsonens van dit cultureel-politiek-medisch-complex. [En ook niet in de voortdurende onnodige pijn].
Maar verder is de Seguridad Social heel soepel. Mijn herhaalde bezoeken aan de URGENCIAS van de laatste maanden, hebben mij niets gekost. Voor een verwijzing naar het hoofdziekenhuis in Tenerife vergoeden ze niet alleen de reis, eventueel met begeleider, maar ook eventuele hotelovernachting als de boottijden niet accorderen met de behandeltijden.
Alles bij elkaar is dit dus niet alleen een bericht over 'mijn toestand', maar ook over het cultureel-politiek-medisch-complex in Spanje. Als ik alléén over 'mijn toestand' had willen schrijven, had ik beter tot na a.s.Vrijdag kunnen wachten als ik de traumatoloog weer spreek, en als hij aan de hand van de RM's een behandelingsplan heeft kunnen opstellen zodat de wilde pijn onder controle komt. Dáár gaat het nu om.
terug eerste dagboekregel

San Sebastián de La Gomera, Donderdag, 6 Januari 2011, "Los Reyes"
In december heb ik een paar keer [17 18 19 20 en 21] geschreven over de problemen die wij hebben met 'God is dood' van Nietzsche. Die ene absolute waarheid waaraan je al je 'transcendente ervaringen' kon toeschrijven [de eenheid van de door God geschapen wereld] bestaat niet meer. Dat was naar aanleiding van de blog van Sean Kelly, All Things Shining, over zijn gelijknamige boek dat inmiddels is verschenen.
De benadering van Kelly is interessant omdat het 'descriptief' is. Dat is anders dan de al langer durende 'bevestigende' beschouwingen over die uitspraak van Nietzsche; om het goed tot ons te laten doordringen. Het was ook anders dan de 'prescriptieve' of 'normatieve' beschouwingen die ingaan op wat 'de mensen' ermee 'moeten' doen, of 'zouden moeten' doen. [22dec10, over de Franse 'Laïcité' gaat in die richting, en ook een deel van de recente dicussie over 'populisme'].
Daarom is die benadering van Kelly verfrissend: "Wat dóen we er nu al mee?"
Hij kijkt 'gewoon' rondom zich heen om te zien wat 'de mensen' er wèrkelijk mee doen. Wat doen ze --bijvoorbeeld-- met het feit dat 'het heilige' als algemene 'waarheid' niet meer bestaat? Deze zoektocht van Kelly bracht hem ook bij de wereldliteratuur en bij Moby Dick en Wachten op Godot. Daar schreef ik al over.
Nu het boek is verschenen, haalt David Brooks het in NYT met zijn column The Arena Culture naar voren. Om daar vat op te krijgen moest Kelly nieuwe termen introduceren. Hij noemt het 'Whooshing up': "We get whooshed up at a sports arena, at a political rally or even at magical moments while woodworking or walking through nature".
Het is afgeleid van de Amerikaans-Engelse exclamatie 'whoo' als een onuitspreekbare verrukking je overkomt.[In Engeland heet dat 'I feel awe']. 'Kosmisch Gevoel' wordt het in andere kringen genoemd, of 'Transcendente Ervaring', of 'Momenten van Diepe Tevredenheid of Gelukzaligheid'. De religieuze ervaring plaatst Kelly ook in die hoek: "Even church is often more about the ecstatic whoosh than the theology". Alleen de algemene geldigheid waardoor je kon zeggen: "Stimmst du nicht mit überein, dann schlag ich dir den Schädel ein!", bestaat niet meer. De beleving kan hooguit nog in groepen, of individueel plaatsvinden: magical moments while woodworking or walking through nature. "Ieder zijn eigen God: polytheism"!!
Kelly wijst speciaal naar het voetbalstadium. Onze 'sprituele beleving' vindt plaats in 'arena's'. Wij leven en beleven Het Leven in diverse arena's. Vandaar de titel van Brook's column The Arena Culture. Heel lezenswaard!!
[Als je het extreme gedrag van voetbalsupporters/ -hooligans ziet, zou je denken dat daar dat Schädel-citaat nog geldig is.]
Volgens Brooks is: 'This book [is] also a rejection of the excessive individualism of the past several decades, the emphasis on maximum spiritual freedom'.
Over dat excessieve individalisme is veel geschreven, maar over de meer gewone individuele beleving kun je beter Richard Sennett raadplegen die schrijft: "De Vakman is de kortste weg tussen De Geest en De Materie". Kelly noemt het slechts terloops: "magical moments while woodworking".
_____________________________
DAVID BROOKS, The Arena Culture, NYT, December 30, 2010, http://www.nytimes.com/2010/12/31/opinion/31brooks.html
Het Schädel-citaat: 15 oktober 2003 en 23 april 2008, ook aansluitend bij de Nietzsche uitpraak.
Richard Sennett: zie 18 20 mei 2009 over zijn boeken The Craftsman, en diens 'inwendige impuls' en The Corrosion of Character.
Over populisme: Zie mijn recente discussie: 5+8 september 2010 en 9 november 2010, en lees intussen het essay van Bas Heijne: Het populisme keert zich tegen de Verlichting - niet geheel onterecht, http://www.nrc.nl/nieuws/2011/01/05/bas-heijne-het-populisme-keert-zich-tegen-de-verlichting-niet-geheel-onterecht/

terug eerste dagboekregel

San Sebastián de La Gomera, Vrijdag, 7 Januari 2011
Vol verwachting stapte ik de wachtkamer van mijn traumatoloog binnen met de nieuwe gegevens. Het ging er om of een botje zou zijn afgebroken, zoals ik Zaterdag schreef, en of de heupgewrichten zèlf inderdaad in orde waren. Daaraan was aanvankelijk getwijfeld. Maar het pakte heel anders uit. Het goede bericht is dat beide gewrichten helemaal OK zijn. Het andere kon niet bevestigd worden. Integendeel. De 'wilde pijnen' zouden de maken hebben met de herleving van een hernia van meer dan veertig jaar geleden. Nu éérst naar de neurochirurg. Ik beheers mijn verdriet door het keurig in honderd woorden te formuleren. (100 woorden)
terug eerste dagboekregel

San Sebastián de La Gomera, Zaterdag, 8 Januari 2011, Martine komt vandaag!
Toen ik Februari 2008 een analyse onder de titel 'A War on Tolerance' van Ian Buruma aantrof over 'populisme' was dat voor mij de eerste eye-opener. Ik was op zoek naar de zgn 'oud-Hollandse tolerantie' die als pleidooi voor verdraagzaamheid tegen Wilders cs werd gebruikt, en naar de 'Dutch tolerance' in Manhattan-van-toen.
De analyse wees er op dat het *niet* om Islam-haat gaat, het gaat om een kloof in onze maatschappij. De 'elite' gebruikt dit woord om het 'klootjesvolk' tot 'ordentelijk gedrag' te bewegen. Maar de 'elite' is niet in staat te begrijpen wat er wèrkelijk aan de hand is. Of, zoals Bas Heijne het zegt in zijn recente essay 'Het populisme keert zich tegen de Verlichting – niet geheel onterecht':
--"Het establishment wil het populisme hoogstens redelijk tegemoetkomen".
In 2008 schreef David Van Reybrouck in de NRC een artikel 'Er is niets mis met een goede populist' met ongeveer dezelfde analyse en eveneens met de constatering dat het establishment de allergrootste moeite zal hebben dit onder ogen te zien, want het tast zijn eigen waarden aan. Dat zijn waarden van De Verlichting, en die laat je niet zomaar los.
Het essay van Heijne gaat daarop in, en constateert allereerst dat die 'Waarden van De Verlichting' verkalkt en gedogmatiseerd zijn, en dat het establishment "zich wentelt in morele zelfgenoegzaamheid". Deze revoltes zijn in de kern juist gericht tegen de sleetse begrippen van het verlichtingsdenken zelf. Vandaar de titel van dat essay.
Het essay van Heijne brengt niets nieuws maar verrijkt de analyses van Buruma en Van Reybrouck, en diept het uit met analyses van beeldrijke gebeurtenissen zoals de televisiebeelden waar Sarah Palin een kariboe doodschiet, en het daverend applaus voor Frits Bolkestein die voor een volle zaal in New York verkondigde "dat het Westen ronduit superieur was aan de overige culturen".
--"Waarvoor applaudiseerden zij precies", analyseert Heijne, net als de vraag:
--"Wat doodde Palin precies?"
Heel boeiende en interessante beeldanalyses maakt Heijne er van.
Daarmee krijg je een gevoel voor de diepgang van deze maatschappijverandering.
In aansluiting bij de indeling die ik eergisteren gebruikte bij de beschouwingen over 'God is Dood' moet ik het essay van Heijne 'bevestigend' noemen. Het drukt ons de 'moeilijke waarheden van Buruma en Van Reybrouck' nog eens goed onder de neus met beeldrijke --en daarom ook woordrijke-- illustraties. Boeiend om te lezen, en om in de details van dit maatschappelijk gebeuren te duiken. Het zal vast wel aansluiten bij je eigen alledag-waarnemingen. Heijne's retoriek is natuurlijk wat rommeliger, maar daarom niet minder inspirerend. Integendeel.
--"Je kunt het nieuwe, volkse populisme zien als een broodnodige correctie op het gestolde idealisme van een progressieve elite - maar dan ga je voorbij aan de ware aard ervan, [... zoals] de roep om de verlosser van buitenaf" schrijft Heijne.
En hier zijn we terug bij 'God is Dood' waar ik eergisteren weer over schreef. Die 'verlosser van buiten af' moeten we echt vergeten. Kelly cs zijn daar een stap verder in, maar die staan dan ook ver buiten de politieke werkelijkheid van Wilders cs.
____________________________
Bas Heijne: Het populisme keert zich tegen de Verlichting - niet geheel onterecht,
http://www.nrc.nl/nieuws/2011/01/05/bas-heijne-het-populisme-keert-zich-tegen-de-verlichting-niet-geheel-onterecht/
Mijn Dagboek voor verdere verwijzingen: Buruma: 17feb 2008, 28+31aug 2010 // Van Reybrouck: 5+8 sep 9 nov 2010 //Habermas en Margriet de Moor over 'oud-Hollandse tolerantie: 18 apr 2010.

terug eerste dagboekregel

San Sebastián de La Gomera, Zondag, 9 Januari 2011
Het gedicht van Poem-A-Day van gisteren maakte mij nostalgisch. Het gaat niet over de speciale witte winter van dit jaar, maar over de gewone winter, als alle blad is verdwenen, en het voorjaar ver weg. Kale zwarte bomen tegen een bruine achtergrond, stel ik mij daarbij voor.
Dat is hier ondenkbaar. Niet alleen wegens de dominantie van de eeuwig-groene bomen, maar ook door het groene waas dat over het bruin-verbrande landschap komt na de regens van November, en zich vastzet als soliede groen de rest van de winter.
Pas na Mei verbrandt weer alles.
Kale zwarte bomen op een bruine grond van gevallen blad --knoppen goed beschermd-- wachtend op het voorjaar dat nog lang niet in zicht is.
Winterslaap: "attiring and disattiring completed ... wise trees stand sleeping"
Mij trof de rust, de stilte, en de pauze in de turbulente afwisseling van de seizoenen.

Winter Trees

All the complicated details
of the attiring and
the disattiring are completed!
A liquid moon
moves gently among
the long branches.
Thus having prepared their buds
against a sure winter
the wise trees
stand sleeping in the cold.

______________________
William Carlos Williams [1883-1963], verschenen in The Collected Poems, Vol. 1, 1909-1939, gepubliceerd door New Directions.
Websites: www.poemflow.com, http://www.poetryfoundation.org/bio/william-carlos-williams, www.poets.org/wcwil/

terug eerste dagboekregel

San Sebastián de La Gomera, Maandag, 10 Januari 2011
Geen stukje vandaag. Verkeren met Martine heeft prioriteit ;-)
terug eerste dagboekregel

San Sebastián de La Gomera, Dinsdag, 11 Januari 2011
Vandaag afspraak met chirurg en neurochirurg. Ik ben benieuwd.
terug eerste dagboekregel

San Sebastián de La Gomera, Woensdag, 12 Januari 2011, Dorien 14 jaar!!
Ik heb de laatste weken vaker geschreven over hoe we als mens en maatschappij omgaan met het 'God is Dood' van Nietzsche. De vorige week Donderdag ging het over de ontdekking van nieuwe spirituele belevingen: In het voetbalstadium en die van de vakman. Op 18 december schreef ik hoe mensen als Martin Luther King en Simone de Beauvoir daarin ruimte zagen voor geheel nieuwe mogelijkheden voor de menselijke ontwikkeling en [sociale]mobililiteit. Ook hoe Samuel Beckett met 'Wachten op Godot' liet zien hoe je je leven lang kunt blijven wachten op DE GROTE WAARHEID
Nu lees ik de parabel die Kahlil Gibran [1883-1931] er in 1918 over schreef onder de titel The New Pleasure in zijn bundel The Madman:

Last night I invented a new pleasure, and as I was giving it the first trial an angel and a devil came rushing toward my house. They met at my door and fought with each other over my newly created pleasure; the one crying, "It is a sin!" -- the other, "It is a virtue!"
--"Nieuwe dingen zijn altijd controversiëel", dacht ik. Mijn vader zou zeggen:
--"Laat de honden maar blaffen, de karavaan trekt verder".
_____________________
http://nothingistic.org/library/gibran/madman/

terug eerste dagboekregel

San Sebastián de La Gomera, Donderdag, 13 Januari 2011
Mijn verbouwereerdheid die ik verleden Vrijdag beschreef, pakte deze week gelukkig beter uit. De schok was, onder andere, dat mijn traumatoloog op de MR's de chaos zag van mijn lendewervels, geen stap meer verder durfde zonder neurochirurg, en zijn andere hypothesen liet schieten.
Maar ik wist dat die 'chaos' er al meer dan veertig jaar zat, en dat ik die succesvol had beheerst met gedisciplineerde spieroefeningen iedere ochtend.
De neurochirurg schrok kennelijk minder van die 'chaos', en rekent er op dat rust en oefeningsdiscipline het evenwicht weer gaan herstellen. 'Vanzelf', net als bij die andere calamiteiten de laatste veertig jaar. (100 woorden)
terug eerste dagboekregel

San Sebastián de La Gomera, Vrijdag, 14 Januari 2011
Vandaag geen stukje.
terug eerste dagboekregel

San Sebastián de La Gomera, Zaterdag, 15 Januari 2011
Ik weet wèrkelijk niet waar ik aandacht aan moet geven op dit moment. Er 'gebeurt' zoveel ineens. Politieke en culturele veranderingen, zo niet aardverschuivingen, laten indringende signalen zien dat het nu wèrkelijk staat te gebeuren.
Toen ik midden '50 als student een stage had gemaakt bij een bedrijf in Hannover kreeg ik een getuigschrift waarin mijn 'lebhafte Interesse' positief werd benadrukt. Mijn [toenmalige en aanstaande] schoonfamilie maakte zich daar vrolijk over, maar voor mij was het 'erkenning' en 'zelfontdekking'. Mijn 'stukjes' ademen nòg die sfeer.
Maar nu wordt het teveel.
Is het teveel inééns? Of ben ik 'te gevoelig' geworden? (100 woorden)
terug eerste dagboekregel

San Sebastián de La Gomera, Zondag, 16 Januari 2011, Martine vertrekt
Ik heb een mooie 'regel' gevonden die precies uitdrukt wat mijn bezorgdheid-van-nu is. Ik heb die gevonden omdat ik mijn 'huisregel' toepaste die zegt dat ik bij 'vage wrevel' of 'bezorgdheid' allereerst moet vragen:
--"Wát is het?" en "Wat is het precíes?"
Die pas-ontdekte 'regel' luidt:
--"Als je niet iedere dag naar je vermoeidheidsgrens gaat om die zijn plaats te wijzen, komt de vermoeidheidsgrens naar je toe". Mooi gezegd, hè?
Ik word moe na de eerste stapjes, en uitgeput na minder dan honderd. Ik word een 'couch potato'.
Dát is aan het gebeuren. Met hulp van een fysiotherapeut, en wat strekoefeningen, verkommeren de spieren en de gewrichten niet verder. Maar, om het genezingsproces van de 'chaos van mijn lendewervels' --zoals ik Donderdag schreef-- niet in gevaaar te brengen, mag ik maar 'weinig stapjes' zetten. Verreweg te weinig om mijn (oude) vermoeidheidsgrens te bereiken. Dat is mijn "bezorgdheid-van-nu".
Dat zal tzt de opgave worden van mijn revalidatie, want ik kan al twee weken rustig en evenwichtig lopen zonder stok of krukken --zij het niet pijnloos.
Dat is anders dan twee van mijn vrienden die ook 'revalideren' na veel ernstiger storingen en verlammingen. Die melden allebei trots dat ze na veel oefenen 'zonder stok of rollater' kunnen lopen.
Met 'losse handen', schrijft de een, maar voegt er aan toe dat hij nu bezig is om zijn 'lopen als een penguin' om te zetten in 'lopen als een kieviet'.
Dat is hun "bezorgdheid-van-nu". Ik leef mee!
terug eerste dagboekregel

San Sebastián de La Gomera, Maandag, 17 Januari 2011
We leven in de nadagen van het Driekoningenfeest, Los Reyes, en de supermarkt heeft daarom de traditionele lekkernijen van dit seizoen in de uitverkoop. Ik heb nog gauw een paar plakken Turrón de Jijona gekocht, want buiten dit seizoen vind je het alleen in dure toeristische winkels --of in Jijona zelf natuurlijk. Die van Jijona vind ik de lekkerste, en het is ook de meest traditionele, want hij bestond al in de tijd van de Moren. Dit is snoepgoed met Arabische herkomst. Xixona is de spelling in het Catalaans: zowel de j als de x worden als 'harde g' uitgesproken; de 'arabische g'.
Het bestaat uit gemalen ongepelde, ongeroosterde, amandelen, minimaal 60% voor 'èchtheid', en honing. De kleur is lichtbruin. Het wordt, net als alle andere turrón verkocht in plakken van negen bij achttien centimeter in doosjes.
Jijona is een stadje even in het binnenland bij Alicante, en iets noordelijker. Toen ik in Alicante woonde, maakte ik in Januari wel 'bloesemtochten' door dat gebied. Dan bloeit de amandel. Dat is even prachtig-overweldigend als de kersenbloesem van de Betuwe.
In deze 'amandelstreek' is het niet verwonderlijk dat er ook Turrón de Alicante bestaat. Die bestaat uit gepelde en licht geroosterde hele amandelen gebed in witte noga; meestal de harde kwaliteit. Niet mijn smaak, overigens.
De populariteit van het woordje 'turrón' heeft er toe geleid dat er allerlei commerciële varianten zijn bedacht. Amandelen ingebed in chocolade, bijvoorbeeld. Sommige varianten laten zelfs de amandelen weg, zoals die op basis van cocos. Dat is helemáál niet mijn smaak.
Bij al dat publiciteitslawaai bestaat er in stilte nóg een variant waar Margarita mij attent op maakte. De turrón de pobre, de "armeluis-turrón". In haar geboortestreek, Zamora, noordelijk van Madrid, is het te koud voor amandelen, maar ze hebben er wel veel vijgen en noten. En dat zijn de ingrediënten voor de turrón de pobre. Heel eenvoudig verschijnt er als dessert op tafel een schaal gedroogde vijgen en noten. Het is helemaal 'doe-het-zelf'. Je snijdt een gedroogde vijg aan een kant open, en je steekt er een stukje gepelde noot in. Hap!! Zo eenvoudig is het.
De spaanse gedroogde vijgen zijn niet van de grote platte joekels uit Turkije. Spaanse gedroogde vijgen zijn kleiner, en hebben nog min-of-meer de vorm van de vijg. Er wordt ook wel een hazelnoot ingestoken, want die hebben ze ook ruimschoots in die streek, maar de lichtelijk bittere smaak van de walnoot met die gedroogde vijg is een héél speciale combinatie. De vader van Margarita was er gek op, vertelde ze.
Ik zocht op het internet naar turrón de pobre, en ik vond met moeite deze stille variant, want de "gastronomisering" heeft ook hier toegeslagen. Daarvoor wordt die grote Turkse --heel on-Spaanse-- variant zó opengesneden dat die een rond bakje vormt van 4 à 5 centimeter. Daarin leg je dan een amandel, een hazelnoot en een pinda. De huisvrouw, of de kok van het restaurant, kan er de eer van opstrijken door het op een schaal met kaarsjes of andere decoraties op tafel te zetten.
Maar de charmante eenvoud, en het doe-het-zelf, is verdwenen. Maar niets belet mij om vanaf nu regelmatig de originele turrón de pobre als dessert te nemen.
_____________________
http://www.mis-recetas.org/foto/foto/3593/grande/DSC05777.jpg

terug eerste dagboekregel

San Sebastián de La Gomera, Dinsdag, 18 Januari 2011
Goed acht uur zat ik in de wachtkamer bij de traumatoloog. De afspraak was om negen, maar Margarita kon mij brengen vóór haar kantoortijd. Toen bleek dat een beloofde e-mail over de interpretatie van de Magnetische Resonantie, waar ik eerder over schreef, niet was aangekomen.
Bellen! Beloofd om die onmiddellijk te sturen. Wachten.
Het werd laat. Slecht nieuws. De geraadpleegde MR-specialist vond dat er tóch een neuro-chirurg aan te pas moet komen. Die hebben zéér lange wachttijden. Mogelijk gaat het privé sneller. Uitzoeken! Maar de klap is aangekomen. Terug naar af!
Opschrijven helpt, met name tegen de zielepijn. Morgen verder. (100 woorden)
terug eerste dagboekregel

San Sebastián de La Gomera, Woensdag, 19 Januari 2011
De klap van gisteren laat ik even voor wat die is, en ga over op een goede herinnering van de vorige week Woensdag, met name aan het concert van de Trondheim Soloists dat ik met Martine en Margarita meemaakte. Zulke ervaringen moeten niet in het gedrang komen.
Het was een van de schaarse kwaliteitsconcerten die in dit seizoen naar ons eiland komen, en we hebben genoten. Het gaat nu om het 27ste Muziekfestival van de Canarias van 7 januari tot 14 februari. Omdat ik dit jaar niet naar het Zuidelijk Halfrond kan, zal ik er meer van meemaken dan de voorgaande jaren.
Hoewel het een groots opgezet festival is, speelt het zich vooral af op de "Islas Capitalinas", de 'hoofdstadeilanden', te weten Tenerife en Gran Canarias. Van de meer dan een dozijn gerenommeerde buitenlandse groepen, komen er vier naar de 'overige eilanden', te weten La Gomera (dat zijn wij), El Hierro, La Palma, Lanzarote en Fuerteventura. Wat ons eiland betreft treden twee daarvan op hier in San Sebastián te weten de Trondheim Soloists [12 januari], en Pagagnini [24 januari]. De andere twee --The English Concert en Cuarteto Particella-- treden op in Vallehermoso, de andere culturele 'pool' van La Gomera, en dat valt op dit moment buiten mijn actieradius. Wat wij hier dus meemaken zijn de 'kruimels van de tafel van de groten'.
Gelukkig hebben we hier op het eiland een heel aktief muziekleven, met name rondom een zeer aktieve muziekschool. We hebben een eigen orkest, een band en verschillende zanggroepjes. Ik heb die meer dan eens gezien en meegemaakt, maar de hoofdschotel van hun optredens viel altijd in het seizoen dat ik op het Zuidelijk Halfrond vertoefde. Ook daarvan hoop ik het komende seizoen meer mee te maken.
Een geluk bij een ongeluk dus. Dat helpt om de 'klap van gisteren' te verwerken.
_____________________
Om een idee te geven van de kwaliteit van Het 27ste Festival, en van de Trondheim Soloists hier wat links:
http://en.wikipedia.org/wiki/Trondheim_Soloists, http://www.trondheimsolistene.no/
http://www.festivaldecanarias.com/festival_2011/index.php
http://www.festivaldecanarias.com/festival_2011/documentos/programa_en.pdf
pagina 6 daarvan gaat over de 'andere eilanden'.

terug eerste dagboekregel

San Sebastián de La Gomera, Donderdag, 20 Januari 2011, Stadspatroon: fiesta!
In de Spaanse Senaat heeft Dinsdag in [bijna] alle stilte een belangrijke verandering plaatsgevonden. Niets daarvan op de nieuwspagina's, terwijl daar toch de allernietigste gebeurtenissen rücksichtlos worden opgevrijd tot 'wereldgebeuren'.
Het gaat om de simultaanvertaling. De Senaat is in wezen een regionale vertegenwoordiging, en zou daarom het forum moeten zijn waar de regio's hun samenwerking bespreken en realiseren. Maar door de dominante partijpolitiek komt dat er niet altijd van. Bovendien was daar de ongrondwettelijke gewoonte ontstaan om alleen Castillano te spreken. Castillano is eigenlijk de taal van Castilla, de regio van Madrid, maar voor de buitenstaander 'het' Spaans. Zo ongeveer als in NL het 'Hollands' met het 'Nederlands' wordt verwisseld. Breek daarover de bek niet open van een Fries, een Zeeuw of een Limburger.
Hoewel het Euskera [Baskenland] en het Catalán [regio van Barcelona] het meest in de internationale publiciteit zijn, zijn het Gallego en het Vascuence, ook grondwettelijk erkend. 'Lenguas cooficiales', heten ze: 'mede-officiële talen'.
In Zuid-Amerika is het gebruik van de woorden Español en Castillano veel precieser. Toen ik daar, om mij te introduceren, eens zei dat ik 'best wel redelijk Español kon spreken', werd ik meteen gecorrigeerd:
--"Castillano zul je bedoelen, want Español spreken wij hier allemaal: Argentijnen, Chilenen, Bolivianen, Venezolanen enzovoorts".
Maar nu is de veeltaligheid doorgedrongen tot de Senaat. Er werd natuurlijk nogal wat gepietepeuterd over de kosten, vooral door Madrilenen die het met lede ogen aanzien dat hun hegomonie [en niet alleen op taalgebied!] wordt aangetast. Natuurlijk is het goedkoper als iedereen Castillano blijft spreken. Ieder welopgevoede Spanjaard spreekt het vloeiend. Maar daar gaat het niet alleen om. Het zou een ontkenning zijn van de culturele rijkdom van Spanje. Juist de Senaat, als belangrijkste orgaan van regio-overleg, zou daarin moeten voorgaan.
En zo kon Ramón Aleu, een senator uit Tarragona, afgelopen Dinsdag de spits afbijten. In het Catalaans besprak hij de problemen van het [slechte] taalonderwijs in Spanje zoals dat met het laatste PISA rapport werd benadrukt.
--"De rijkdom van onze meertaligheid wordt verborgen gehouden voor de kinderen, terwijl het duidelijk is dat in de landen waar de kinderen veel jonger in aanraking komen met 'vreemde' talen, het taalonderwijs, ook in de eigen taal, veel beter is".
Ik dacht daarbij aan Nederland. Als je je neus maar even buiten de deur steekt, zit je in het 'buitenland'. Niet zo met de Franse kindertjes. Daar zijn de PISA-resultaten nóg erger dan in Spanje. Maar in Frankrijk zie ik voorlopig nog geen simultaanvertaling in de Senaat van het Alcacien, het Normand of het Occitan.
___________________________________
ANÁLISIS: EL ACENTO, El Senado de Babel, El País, 19/01/2011
http://www.elpais.com/articulo/opinion/Senado/Babel/elpepuopi/20110119elpepiopi_3/Tes
G. Pericay Coll, From now on the Catalan language will be used in the Spanish Senate, Catalan News Agency, 19.01.2011
http://www.catalannewsagency.com/news/politics/now-catalan-language-will-be-used-spanish-senate

terug eerste dagboekregel

San Sebastián de La Gomera, Vrijdag, 21 Januari 2011
Ik zit vanmorgen al van half tien in de wachtzaal, en het is bijna half een. Dat is iedere keer ongeveer zo; twee keer per week. Dindag was ik pas om drie uur aan de beurt, en mijn afspraak was om negen uur. Ik dacht dat ik die tijd lekker kon gebruiken om te lezen, maar dat valt vies tegen. Ik kan mij hier niet op lezen concentreren. Ik denk wegens het praatlawaai, want er zitten wel meer dan dertig mensen die op verschillende specialisten wachten. Ik moet ook goed opletten of ze mijn naam omroepen, en die verhaspelen ze iedere keer anders.
Blijft over sudoku, dat eist meer concentratie, maar ik ben niet zo 'van de wereld' als met een boek. Maar ook daarvan krijg ik genoeg, hoe leuk ik het ook vind. Op den duur vind ik het 'zonde' en 'tijdverspilling'. Daar heb ik een broertje aan dood.
Wat blijft over?
'Niets', constateerde ik. Dus moet ik wat nieuws uitvinden, was mijn conclusie.
Ik experimenteer nu met 'mensje kijken': gewoon zonder vooroordeel of plan 'kijken'. De wachtkamer is als het ware een uitstulping van een lange ziekenhuisgang, en er is dus veel va-et-vient van patienten en verplegers. Dunne mensen, en vooral veel dikke. Bij de vrouwen wordt die dikte naar de mode van de dag geaccentueerd door de overheersende mode van het moment: de strakke zwarte maillot. Inderdaad, de vrouwen met een slanker postuur dragen loshangende kleding. Slechts een enkele dikke vrouw maakt gebruik van de mogelijkheid om juist door lossere kleding die [ontzettend] dikke billen en benen te camoufleren. Dik is kennelijk in de mode.
En nu de mannen. Allereerst valt op dat mannen zich zelden laten leiden door wat bij hun postuur past. Hangbuiken en dikke konten worden [onbedoeld, denk ik] door slecht passende standaardkleding geaccentueeerd. Bij die zwarte maillots van die vrouwen krijg ik juist het indruk dat ze bewust hun figuur accentueren. Vandaar mijn idee dat 'dik' in de mode is, ook al vind ik het resultaat soms/vaak lelijk.
Je ziet, ik ben voorlopig nog niet klaar met 'mensje kijken' want een belangrijke variant daarvan heb ik nog niet genoemd. Opeens zie ik bijvoorbeeld een vertrouwd gezicht of een postuur die mij aan 'iemand' uit mijn verleden doet denken. Dan denk ik diep na. Maar eigenlijk is dat geen 'mensje kijken' meer, dat is 'introspectie', daarvoor hoef ik niet in de wachtzaal te zitten. Ik val daarbij ook wel in slaap. Het èchte 'mensje kijken' houdt mij wakker.
En dat is OK, want stel dat ik niet hoor dat ik word omgeroepen.
terug eerste dagboekregel

San Sebastián de La Gomera, Zaterdag, 22 Januari 2011
Toen ik vanmorgen wakker werd, nam ik een grote slok water uit de fles die altijd naast mijn bed staat. In drie kleine slokjes slikte ik het door. Ik bleef héél stil liggen om van de pijnloosheid te genieten. Ik wist dat de eerste stappen de grootste pijn veroorzaken. Na een halfuurtje wordt het weer normaler. Zo werkt dat.
Gisteren had ik 'veel' gelopen en boodschappen gedaan met hulp van Margarita. Dat zou wel extra pijn veroorzaken. Maar nu kon ik de hele dag mooi binnenshuis blijven. Gelukkig!
Maar er was nóg iets waar ik mij op verheugde. Gisteravond --op het nippertje-- werd een pakketje van Movistar bezorgd met de router. Daar wachtte ik op. Ik had eerder ADSL besteld. De telefoonlijn was daarvoor al aangepast, en nu was het wachten op de router. Het zou helemaal DIY zijn, had de telefoniste gezegd, maar had daar 'ervaring' mee. Gisteravond was ik er daarom niet meer aan begonnen. Ondanks mijn nieuwsgierigheid. Ik was 'agotado', zoals dat hier heet: Uitgeput. Met een frisse kop zou het vast beter gaan.
En zo was het. De kabelverbinding werkte metéén. De WiFi liet ik even rusten om te genieten van een veelbelovende YouTube die Wim en Ton mij hadden gestuurd als nieuwjaarswens. Halleluja, was de titel. Héél feestelijk. Een happening in een food court in New York op 13 November 2010. Ik heb er al een paar keer naar gekeken om mijn eigen halleluja-gevoel de fêteren, en om te genieten van de verraste gezichten in de close ups.
Ik voelde mij 'bevrijd', want de normale uitweg --om regelmatig met mijn notebook naar het I-café te gaan-- was al die tijd afgesloten geweest. Zware foto's en power points had ik --helaas-- ongezien moeten verwijderen. Ongevraagde 'uploads' waren telkens een crime. Maar gelukkig stuurden Ton en Wim alléén de link. Dat was een mooie start van de dag van vandaag. Nu kan ik geleidelijk de overige achterstalligheden aanpakken, en mijn nieuwe notebook gebruiksklaar maken.
___________________________________
Geniet er zèlf maar van: www.youtube.com/user/AlphabetPhotography
of http://www.youtube.com/watch?feature=player_profilepage&v=SXh7JR9oKVE

terug eerste dagboekregel

San Sebastián de La Gomera, Zondag, 23 Januari 2011
De traditionele stiergevechten zitten in een crisis. Het valt niet iedereen op, want de crisis uit zich op verschillende manieren, en is ook niet homogeen. Integendeel, een zijn felle voor- en tegenstanders, maar het grote publiek merkte dat niet zo.
Maar nu is de knuppel in het hoenderhok gegooid door de beslissing van de publieke [nationale] TV zender, de RTVE, om géén direkte uitzendingen meer te doen. Ze hebben dat in hun nieuwe 'Stijlboek' gezet in het hoofdstuk 'Mishandeling van dieren', met als argument 'Bescherming van de jeugd', want het gaat steeds om tijdstippen waarop veel jeugdigen TV kijken. Een keer per week, op Zaterdagmorgen, wordt er nu een samenvatting van de highlights gegeven gedurende een half uur.
Het gonst opeens van tegenargumenten: 'Er zijn veel ergere programma's voor jeugdigen waar RTVE zich *niet* aan stoort'. En: 'De toegang tot de arena is voor kinderen nog nooit verboden geweest', behalve een korte tijd tijdens de dictatuur van Primo de Rivera [1923-1930] en recentelijk in Cataluña, wat als de haard van de moderne anti-trend wordt beschouwd.
Nationaal maakte de PP, de conservatieve partij, zich in 2010 sterk om de Spaanse stierengevechten op de Werelderfgoedlijst van de UNESCO te krijgen, maar socialisten [op nationaal niveau] verhinderden dat. Intussen maken de socialistische regeringen van Castilla-La Mancha, Andalucía, Aragon en Extramadura goede sier met uitgebreide steun aan diezelfde stiergevechten, om zieltjes te winnen. Zij blijven direkte uitzendingen ondersteunen. Er is dus ook politieke verwarring.
En de toreros zelf?
In het algemeen zijn die vóór, maar de top-toreros zijn tegen. Zij willen rechtstreeks met de TV onderhandelen over hun 'honorarium'.
En het publiek?
Dat blijft komen. De arena's zitten meestal vol, maar het enthousiasme van de jaren '60, en ook nog een stuk in de jaren '70, is er niet meer. Toen waren de arena's totaal uitverkocht, en de rechtstreekse TV-uitzendingen legden het openbare leven plat.
Wat zijn de diepere oorzaken?
Daarover gaat de discussie vooralsnog niet. Er wordt uitgebreid ingegaan op de 'incongruencias' van de verschillend publieke actoren, politiek, cultureel en zakelijk. Commerciëel is het niet interessant. Er moet geld bij.
Mij valt op dat de afgang samenvalt met het einde van de Franco-dictatuur. Dan begint een periode waarin de ogen van de Spanjaarden open gaan voor de 'waarden van Europa'. Ik schreef daar 23 november over: 'a la europea' is inmiddels een duidelijke trend. Wellicht dat daarom het argument dat het hier om 'ordinaire dierenmishandeling' gaat aan waarde heeft gewonnen. 'Dierenmishandeling' was hier een totaal onbekend begrip:"Waar heb je het over?"
Het zou ook kunnen samenhangen met de europese successen van het Spaanse voetbal, die ook ongeveer in die periode beginnen. Daarmee kon Spanje internationaal wèl de blitz maken. Met stierengevechten niet zo. Daar is 'de bovenklasse' wel gevoelig voor. De volkse streken in mindere mate. Ik hou het in de gaten!
________________________
ANTONIO LORCA, Una cornada de incongruencias, REPORTAJE: Vida & Artes, El País, 22/01/2011.
La fiesta de los toros vive un absurdo político y cultural - RTVE la veta para proteger a la infancia - Los parlamentarios muestran desapego hacia el toreo - Las autonomías socialistas lo respaldan.
http://www.elpais.com/articulo/sociedad/cornada/incongruencias/elpepisoc/20110122elpepisoc_1/Tes

terug eerste dagboekregel

San Sebastián de La Gomera, Maandag, 24 Januari 2011
Ik lees in El País over de necrofiele 'business' van het uitbaten van het werk van overleden auteurs. Forbes publiceerde kortgeleden een hitlijst. Elvis Presley was aan de top, maar is nu gepasseerd door Michael Jackson. Wellicht door de deskundigheid van Lisa Marie Presley, dochter van Elvis-the-Pelvis, en een tijdlang getrouwd met King-Of-Pop. In beide ondernemingen speelt zij een grote rol.
Mij verbaasde de hoge score van Albert Einstein. Hoe kan dat?
Als jij een T-shirt koopt met E=mc2, dan draag je daaraan bij. T-shirtfabrikanten betalen goed voor een 'bekende kreet'.
Cultuur en wetenschap stinken niet. Geld trouwens ook niet. (100 woorden)
____________________________
DIEGO A. MANRIQUE', Artista muerto = caja registradora, El País, 22/01/2011
La explotación de derechos de imagen convierte a estrellas difuntas en máquinas de hacer dinero - Nueva guerra sobre el 'merchandising' de Michael Jackson
http://www.elpais.com/articulo/cultura/Artista/muerto/caja/registradora/elpepicul/20110122elpepicul_1/Tes

terug eerste dagboekregel

San Sebastián de La Gomera, Dinsdag, 25 Januari 2011
Gisteravond was hier het tweede concert dat van het 27ste Muziekfestival van de Canarias naar San Sebastián komt. Een van de 'kruimels van de tafel van de groten', zoals ik de vorige week woensdag schreef. Het was een waar feest. Niet alleen spelen ze virtuoos; het is vooral de show die ze erbij --of ervan-- maken. Het zijn eigenlijk vier clowns in rok. En dansje hoort er ook bij, zoals de cellist die een paar castagnetten voor de dag tovert, en zich opeens ontpopt als solodanser.
Al direkt bij het binnenkomen worden de interne 'autoriteitconflicten' uitgebeeld met mimiek en pantomime die Marcel Marceau waardig zou zijn. De benjamin van de groep, qua postuur, blonk daar in uit. Niet na te vertellen, maar ze deden hun naam eer aan. Pagagnini, noemen ze zich namelijk. Dat lijkt op een schrijffout, tot je hun folder ziet, en de grafische weergave van dat woord: Pagagnini. Inderdaad, ze maken 'gags' met hun muziek. Ze rollen soms over de vloer van het lachen en het 'gespeelde' verdriet. Met viool en al. Hou ze maar eens in de gaten als ze ooit in jouw buurt komen of kijk naar http://www.pagagnini.com/en/.
terug eerste dagboekregel

San Sebastián de La Gomera, Woensdag, 26 Januari 2011
Vandaag geen stukje.
terug eerste dagboekregel

San Sebastián de La Gomera, Donderdag, 27 Januari 2011
Mario Vargas Llosa, die kortgeleden de Nobel voor Literatuur kreeg, werkt nu aan een boek onder de (werk)titel: La civilización del espectáculo, de beschaving van het amusement, of van het spektakel. Hij probeert daar zijn jarenlang groeiende ergernis te beschrijven dat de Cultuur waarin wij leven steeds banaler en frivoler wordt, en slechts een slap aftreksel is van wat onze ouders en grootouders daaronder verstonden. In Babelia van het afgelopen weekend --die tevens zijn 1000ste verschijning viert-- publiceert hij het inleidende hoofdstuk ter kennismaking.
Daarin constateert hij allereerst dat hem al jarenlang het irritante gevoel bekruipt dat hij bij sommige boeken, theaterstukken, televisieprogramma's en films bij de neus genomen wordt. Nu hij zich heeft neergezet om daar een boek over te schrijven, en --nu het beestje een naam heeft-- realiseert hij zich dat hij in de loop der jaren al meer dan eens daarover heeft geschreven, maar dat hij het nog niet zag als een alomvattende beweging. [zie voetnoot voor eerdere publicaties]
Onze zogenaamde Cultuur is ondertussen niet méér dan tweederangs amusement in de achterhoede van wat de audiovsuele media aan het grote publiek leveren, zonder echte invloed op het sociale leven. Natuurlijk was De Cultuur vroeger in handen van een voorhoede van schrijvers, filosofen en kunstenaars, maar het sijpelde gestadig door naar bredere lagen op grond van kwaliteit. Nu is dat 'doorsijpelen' een geraffineerde techniek geworden van hooggespecialiseerde 'technici' die in een soort samenzwering met uitgevers, galeries en producenten een suffig publiek manipuleren.
--"Het is géén orwelliaanse nachtmerrie meer, het is realiteit in de democratische landen van het Westen. We worden bedrogen, niet alleen om zakelijke reden, maar ook om frivole redenen", schrijft Vargas Llosa.
Vooral die laatste toevoeging interesseert mij. Dat het om 'zakelijke' reden --de centen-- gaat, wisten we al. Daarover schreef ik 6 en 7 november hoe Vargas Llosa zijn hele schrijverscarrière een speciale beschermengel, een organiserende moeder, had die hem tegen dat kwaad wist te beschermen. Een kwaad dat een andere Nobel, Elfride Jelinek, zo kopschuw had gemaakt dat ze weigerde op de prijsuitkering te verschijnen. Ik citeerde toen van haar: "Zij beschouwen geschreven zinnen als koolplantjes die ze in hun eigen tuin opfokken, alleen om geld mee te verdienen".
Maar wat bedoelt Vargas Llosa met 'frivole redenen'? Hij legt het uit.
--"Vroeger was de Cultuur er voor het aan de orde stellen van essentiële levensvragen, en antwoorden daarop. Nu is die 'amusement' geworden. Een retorisch of esoterisch spel voor zelfingenomen groepjes".
Eigenlijk zegt hij daarmee: 'De Keizer draagt geen kleren'. De 'Cultuur-industrie' verkoopt gebakken lucht, geparfumeerd met herinneringen aan vroeger.
Maar het verkoopt wel lekker. In die zin zijn de 'frivole redenen' niet een tegenstelling met de 'zakelijke redenen', maar vormen daarvan een essentiëel deel.
Waar moeten we heen voor 'èchte cultuur'? That's the question!
_________________
MARIO VARGAS LLOSA, La civilización del espectáculo, Babelia, 22/01/2011, FRAGMENTO LITERARIO: ESPECIAL NÚMERO 1.000
http://www.elpais.com/articulo/portada/civilizacion/espectaculo/elpepuculbab/20110122elpbabpor_1/Tes\
MARIO VARGAS LLOSA, La civilización del espectáculo, El País 03/06/2007,
http://www.elpais.com/articulo/opinion/civilizacion/espectaculo/elpepuopi/20070603elpepiopi_5/Tes
Mario Vargas Llosa, La civilización del espectáculo, LETRAS LIBRES, FEBRERO DE 2009
http://www.letraslibres.com/index.php?art=13553
Blog Palabras Vacias, La civilización del espectáculo, Friday, March 20, 2009,
http://palabrasvacias1.blogspot.com/2009/03/la-civilizacion-del-espectaculo.html

terug eerste dagboekregel

San Sebastián de La Gomera, Vrijdag, 28 Januari 2011
Als je het stukje dat ik gisteren schreef over het nieuwe boek van Mario Vargas Llosa door je oogharen bekijkt, dan spreekt daar uit een onredelijke nostalgie naar hoe het vroeger was. Hoe je 'toen' houvast had aan 'De Cultuur' als maatstaf voor alle dingen. Alsof hij nog nooit heeft gehoord van het verdwijnen van de eenheidsgedachte' toen 'god' nog bestond, en dat alle 'pseudo goden' die de maatschappij sindsdien heeft 'uitgevonden' om aan het 'God is dood' van Nietzsche te ontkomen, inmiddels ook zijn doorgeprikt.
In die zin zijn de studies van Sean Kelly, waarover ik in December schreef, veel realistischer: 'Wat doen we ermee?' en 'Wat doen de mensen er nu al mee?' Natuurlijk zijn er oplossingen, ontdekt hij, maar dan moet je dat algemeen-geldende --dat universele-- van zo'n oplossing loslaten. Maar je hoeft je 'transcendente ervaringen' ook niet uitsluitend in de eenzaamheid van de aller-individueelste oplossingen te zoeken. Dat blijkt uit de studies die ik 6 januari beschreef: Er zijn verschillende vormen van beleving van deze 'magical moments' in gemeenschappen.
Mijn dochter Martine wees mij kortgeleden op de filosofe Christa Anbeek, universitair hoofddocent bestaansfilosofie aan de Universiteit voor Humanistiek in Utrecht, en een interview met haar in Trouw: 'Het leven heeft zin, de dood niet'.
Dat is een goed voorbeeld van zo'n aller-individueelste zoektocht. In dit geval met Zen-meesters en Boeddhisme. Zéér het lezen waard, maar daar wil ik het niet over hebben. Waar ik van schrok waren de 'reakties'. Hoe vaak daar nog een beroep gedaan werd op 'vasthouden' aan de 'eenheidsgedachte'. Bijvoorbeeld: "Wij als Christenen zien de dood als de toegang tot het eeuwige leven, waarin wij volmaakt gelukkig zullen zijn". Punt uit.
Misschien kunnen de zoekers naar een 'eenheidsgedachte' soelaas vinden in het artikel van Jorge M Reverte in El País van Woensdag 'Europa acorchado', [Europa verkurkt]. Reverte wijst er op dat de democratie is vastgelopen omdat een nieuwe ideologie de overhand begint te krijgen: De suprematie van De Markten boven de democratie. Hij noemt het een 'fantasma', een spookbeeld. Maar het heeft belangrijke gevolgen. Niemand kent het 'spook' precies. We kunnen er dus niet mee onderhandelen. Maar we praten en schrijven er over met 'auténtica devoción', met 'èchte godsvrucht'. Wij luisteren naar zijn berichten zoals wij vroeger naar De Heer luisterden. De Markten sturen ons straffen in de vorm van depressies en epidemieën. Hun priesters proberen die berichten en straffen te duiden. In al hun menselijke onvolkomenheid. De zoekers naar de 'eenheidsgedachte' voelen er zich thuis.
De politieke instituten hebben geen invloed op De Markten, maar illegale 'agentschappen' kwalificeren wat 'koopwaardig' is en wat niet. In die agentschappen kan de oude witte-boordencriminaliteit voortleven. Met behulp van geraffineerde 'technici' sturen ze berichten in de wereld die hele bedrijven, en zelfs hele landen aan de rand van het faillissement brengen. Dit soort 'straffen' houdt de 'èchte godsvrucht' er wel in. Ook bij 'democratische' politici. Het lijkt Rome uit de middeleeuwen wel.
________________________
Elke van Riel, Interview met Christa Anbeek., Trouw, 28 december 2010 'Het leven heeft zin, de dood niet',
http://www.trouw.nl/religie-filosofie/nieuws/filosofie/article3355281.ece/_rsquo_Het_leven_heeft__zin__de_dood_niet_rsquo__.html
JORGE M. REVERTE, Europa acorchada, El País, 26/01/2011
http://www.elpais.com/articulo/opinion/Europa/acorchada/elpepiopi/20110126elpepiopi_4/Tes

terug eerste dagboekregel

San Sebastián de La Gomera, Zaterdag, 29 Januari 2011
Babelia, zo schreef ik Donderdag al, viert zijn 1000ste aflevering, zijn 20ste verjaardag. De vaste medewerkers zijn kennelijk gevraagd om 'iets speciaals' bij te dragen. Mario Vargas Llosa publiceerde het inleidende hoofdstuk van het boek dat hij op dit moment schrijft. Naar aanleiding daarvan schreef ik gisteren. Javier Marías kwam met zijn dialoog met Umberto Eco onder de titel Diálogo Politeísta [polytheïstische dialoog] waarin zij samen ingaan op wat 'de mensen' doen met hun 'nostalgía de esa antigua idea de Dios' [hun nostalgie naar het oude idee van God]. In die zin zitten ze op het spoor van Sean Kelly en zijn 'polytheisms' en 'Navigating past Nihilism' waarover ik eerder schreef, een denkspoor dat ik gisteren nog aanhaalde.
Antonio Muños Molina komt met twintig 'leerervaringen' die hij de laatste 20 jaar heeft opgedaan. Die beginnen die stuk voor stuk met; "Ik heb geleerd ...".
Mijn hart sprong op. Leerervaringen schrijven was lange tijd mijn hobbypaard. Ik leerde mijn studenten ermee hoe ze van 'ongestructureerde ervaringen' konden leren, i.t.t. de 'gestructureerde ervaringen' van leerboeken en hoogleraren.
Muños is nu 55 jaar. De ervaringen gaan vooral over zijn schrijverschap. Zijn eerste roman --metéén een succes-- publiceerde hij toen hij 28 was. De ervaring die ik koos voor dit stukje zal niet vreemd zijn aan zijn tijd als direkteur van het Instituto Cervantes in New York in 2004 en 2005. Hij woont daar nu wéér.
Als je --als doorsnee NLer van mijn generatie-- gewend bent om de buitenlandse literatuur in de oorspronkelijke taal te lezen, [Heinrich Böll, Françoise Sagan, Jack Kerouac, Virginia Woolf, Stephen Potter of Agatha Christie, ik doe maar een greep] kijk je vreemd aan tegen Spaanse [maar ook Duitse en Franse generatiegenoten] die al dat 'buitenlandse werk' alleen in hun eigen taal kennen. Of 'nooit van gehoord'!
Natuurlijk spreken veel Spanjaarden een aardig mondje buitenlands, net als Duitsers en Fransen, maar als lid van een 'Groot Taalgebied' wacht je braaf tot het vertaald is, want dan pas schrijven de literaire tijdschriften daar over. Ze waren zich niet bewust van hun isolement:
--"Alles wordt toch vertaald", hoorde ik dan, en ze keken mij vragend aan.
En nu schrijft Muños zijn leerervaring No 3:

Ik heb de voordelen leren kennen van onderduiken in een vreemde taal. Op de heenweg ontdek je de 'typische muziek' van die andere talen, en de werkelijke stem van schrijvers die je dacht te kennen door hun vertalingen grondig te lezen. Op de terugweg blijk je gevoeliger te zijn voor de impliciete poezie van je eigen taal, die je eerder niet was opgevallen.

He aprendido las ventajas de sumergirse en otro idioma: en el viaje de ida se descubre la música propia de otras lenguas y la voz verdadera de escritores a los que uno creyó conocer bien leyendo traducidos; en el viaje de vuelta uno se vuelve más sensible a la poesía implícita en su propia lengua, que antes no siempre advertía.
Zo hoor je het nog eens van een ander.
_____________
ANTONIO MUÑOZ MOLINA, 20 años, 20 lecciones, REPORTAJE: IDEAS, El País-Babelia, 22/01/2011
http://www.elpais.com/articulo/portada/anos/lecciones/elpepuculbab/20110122elpbabpor_10/Tes

terug eerste dagboekregel

San Sebastián de La Gomera, Zondag, 30 Januari 2011
Gisteren eindigde ik mijn stukje met: 'Zo hoor je het nog eens van een ander'. Het ging over de 'leerervaring' van de schrijver Antonio Muños Molina met het lezen van buitenlandse schrijvers in hun eigen taal die je eerder goed dacht te kennen via vertalingen. Mispoes.
Ook de meeste van de andere leerervaringen spreken me aan, want ik herken ze. Het gaat over het 'ambacht van het schrijven'. Muños herinnert zich dat hij Salman Rushdie eens hoorde zeggen dat je tijdens het schrijven van een roman vooral ook veel poëzie moet lezen. Het beschermt je tegen ongeremd babbelen, want poëzie eist precisie, en gedisciplineerd woordgebruik. Ik herken dat in mijn eigen 'discipline' door mijn stukje, inclusief voetnoten, 'precies' op één A-viertje te schrijven, òf mijn gedachte in 'precies' in honderd woorden neer te zetten. Dat verplicht mij tot het verwijderen van het overtollige, en bondiger formuleren wat overblijft. En vooral leidt het tot de 'verheugende ontdekking' van wat ik 'eigenlijk' wil zeggen.
Muños noemt het een topmoment in het 'nu' [momento supremo, presente soberano] dat eerder niet bestond, en een minuutje later al niet meer kan worden herhaald. Sean Kelly, in zijn zoektocht naar 'the sacred' in onze cultuur, noemt zulke belevingen 'sacraal overtuigend' [21dec] of 'magical moments' [6 jan]. Muños bevestigt dat.
In het artikel van Muños staan meer dergelijke ervaringen. Hij beschrijft bijvoorbeeld zijn innerlijke 'electro-chemische orgie van neurotransmitters' die opeens 'kristalliseren' in een beeld, een woord of een volzin. En hoe een 'goede wandeling' of de 'ordinaire klus' van het koken van je rijst, deze spontane kristallisatie kunnen bevorderen. Dat zijn de genotsmomenten van zijn vakmanschap.
Andere leerervaringen beschrijven de ontdekking van zijn eigen vooroordelen en misverstanden. Je bent er méér slachtoffer van dan je denkt. Hij schrijft heel eerlijk:
--"Als Virginia Woolf niet een vrouw was geweest, had ik misschien niet vijftig jaar hoeven worden om het radicaal esthetische en de diepe menselijkheid van haar romans zoals Mrs Dalloway of To The Lighthouse ontdekken".
In een andere leerervaring ontdekt hij hoe hij, ondanks zijn jarenlange vertrouwdheid met de literatuur, nog steeds 'jubelend' nieuwe ontdekkingen doet. Die eigenschap om steeds nieuwe ontdekkingen te doen, beschrijft eigenlijk zijn ontdekking als 'zelf-lerend mens'. Dat hoort inderdaad bij dat 'opschrijven van leerervaringen'. Ik herkende dat altijd bij de coaching van mijn studenten toentertijd. Heel belangrijk!!
Die eigenschap kan ook verloren gaan. Muños ontdekt: "In iedere generatie jonge schrijvers zijn er altijd een paar die zich door journalisten en critici laten overtuigen dat hun jeugd geen voorbijgaande toestand is, maar een absoluut kenmerk van hun talent en originaliteit" Met andere woorden: Na hun jeugd hebben ze afgedaan. Dat is fataal.
In zijn laatste leerervaring kijkt Muños verwonderd uit naar de komende twintig jaar. Wat zal hij dán allemaal hebben 'geleerd'. Hij is een zelf-lerend mens.
_____________________
Boeken van Antonio Muños Molina vertaald in NLs met naam vertaalster(s), uitgever, datum, ISBN
1. Beatus Ille, Ester van Buuren, Breda, De Geus, 2001, ISBN: 90-5226-715-4
2. Winter in Lissabon, Jacqueline Hulst en Ester van Buuren, Houten, Agathon, 1991, ISBN: 90-269-5211-2
3. Prins der duisternis: roman, Ester van Buuren, Breda, De Geus, 1993, ISBN: 90-5226-112-1
4. Ruiter in de storm, Ester van Buuren, Breda, De Geus, 1994, ISBN: 90-5226-219-5
5. Strijdlust: een militaire verhandeling, Ester van Buuren, Breda, De Geus, 1997, ISBN: 90-5226-417-1
6. Volle maan, Ester van Buuren, Breda, De Geus, 1999, ISBN: 90-5226-550-X
7. Carlota’s minnaar, Adri Boon, Breda, De Geus, 2007, ISBN: 978-90-445-0948-9
8. Sefarad : het boek der ballingen, Adri Boon, Breda, De Geus, 2003, ISBN: 90-445-0183-6

terug eerste dagboekregel

San Sebastián de La Gomera, Maandag, 31 Januari 2011
De naam María Elena Walsh zegt vast niemand iets in NL. Zij is schrijfster van kinderboeken en verhalen. In Zuid Amerika zo bekend als Annie M. G. Schmidt in NL. Ik leerde die naam kennen toen ik het vorig jaar uit Argentinië was gevlucht wegens het klimaat. Ik woonde toen in huis bij Gabriela en Francisco in Iquique om te herstellen. Maar het was hun 3-jarig zoontje Rodrigo die mij met de neus op die naam drukte. Zodra hij thuis kwam van de crèche eiste hij de muziekinstallatie van zijn vader op voor zijn favoriete muziek: Kinderliedjes van María Elena Walsh.
Dat ergerde mij wel, want ik wilde ook wel wat anders horen uit de rijke MP3 verzameling van zijn vader, maar zodoende ken ik die liedjes haast uit mijn hoofd. Ik heb nogal wat van die MP3 verzameling gecopiëerd, en zodoende luister ik op dit moment naar de liedjes van Walsh. Het is vertrouwd geluid met goede herinneringen.
De enige manier waarop ik Rodrigo kon stoppen was voorlezen, met name een bepaald sprookje van Walsh, Dailan Kifki, over een olifant, want in huis was een hele collectie kinderboeken. Wat had je anders gedacht? Gabriela en Francisco zitten allebei in het onderwijzersvak, en zijn helemaal gek met hun enige kind.
Ik kwam er ook toe eens na te trekken wie of wat María Elena Walsh eigenlijk was. Zij bleek Argentijnse te zijn, geboren in Buenos Aires in 1930. Haar vader was Ier, vandaar haar rode haardos. Hij was spoorwegarbeider, maar speelde ook piano. Zodoende leerde María al vroeg de deuntjes uit de Engels-Ierse folklore kennen.
Op die manier kwam ik ertoe een stuk Argentijnse geschiedenis, die ik in Tucumán onafgewerkt had achtergelaten, weer op te nemen. En nu lees ik dat María Elena Walsh 10 januari is overleden. Al die herinneringen komen terug.
Anders dan Schmidt, was Walsh politiek geëngageerd. Wegens haar kritiek op Perón vluchtte ze naar Frankrijk toen Perón in 1952 werd herkozen. In Parijs vormde ze met Leda Valladares, een vrouw uit Tucumán, een zangduo waarmee ze in café's en bars optraden. In 1956, met de Revolución Libertadora, komt een einde aan de tweede regering van Perón. Zij gaat terug. De derde vrouw van Perón, Isabel Martínez de Perón, is dan aan het bewind. [Dat is niet de beroemde 'Evita', Perón's eerste vrouw. Die overleed in 1952.] Isabel was het eerste niet-koninklijke staatshoofd in het Westen. Walsh verwachtte er veel van, schreef zij later, met name omdat de eerste [kleine] stapjes worden gezet in de richting van vrouwenemancipatie.
Maar dan komt in 1976 de bloedige militaire dictatuur met de staatsgreep van Jorge Videla [o.a. met de 'smerige oorlog' om de Falklands, de dertig duizend 'verdwijningen', en de Moeders van de Plazo de Mayo].
Walsh blijft echter in het land. Zij heeft kennelijk een reputatie die haar enigszins beschermt. Zij publiceert in Augustus 1979 een nota in de bijlage van Clarín, Cultura y Nación onder de titel Desventuras en el país Jardín de Infantes, Pech in het Kleuterschoolland. Het is een belangrijke bijdrage aan het verzet tegen de dictatuur die langzaam op gang komt.
María Elena Walsh is dood. Ik luister nu naar haar kinderliedjes.
____________________
http://en.wikipedia.org/wiki/María_Elena_Walsh, en, http://es.wikipedia.org/wiki/María_Elena_Walsh
NORA VIATER, María Elena Walsh: adiós a la mujer que nos enseñó a ser chicos y nos hizo crecer, Ñ, [bijlage van Clarín], 10/01/11
http://www.revistaenie.clarin.com/escenarios/musica/Murio-infantil-Maria-Elena-Walsh_0_406159560.html
La nota que enfrentó a la censura en la dictadura, Ñ, [culturele bijlage van Clarín], 10/01/11
http://www.revistaenie.clarin.com/escenarios/musica/nota-enfrento-censura-dictadura_0_406759516.html
Moeders [en grootmoeders] van de Plazo de Mayo: http://mijnreisbrief.blogspot.com/2010/05/mijn-reisbrief-no-60.html

terug eerste dagboekregel

Einde Mijn Dagboek Januari 2011